Waar rook is, is vuur. En andersom. Een rookgas-vrij vuur bestaat niet. Maar dankzij onze gesloten kachel en uitgekiende brandprincipe is dit beperkt tot een minimum.
Houtstoken kan vervelend zijn voor de buren en overlast veroorzaken. Daarom is het belangrijk om alleen te stoken als er voldaan kan worden aan de volgende voorwaarden:
- Gebruik uitsluitend droog en schoon brandhout;
- Zorg voor volledige luchttoevoer. Laat het hout dus niet smoren én laat een houtvuur vanzelf uitbranden;
- Maak een houtvuur aan met kleine houtjes en steek deze van bovenaf aan;
- Stook alleen als het weer het toelaat! Wanneer kun je beter niet stoken? Check de Stookwijzer;
Droog en schoon hout
Door alleen droog hout te gebruiken, minimaliseer je uitstoot en rook. Gebruik alleen hout met een vochtgehalte tussen de 15-20%. Boven de 20% vochtwaarde verwarm je meer vocht in het hout tot stoom. Dat is erg energieverslindend en zorgt voor extra rook en fijnstofuitstoot. Je kunt zelf de vochtwaarde meten met een vochtmeter.
Vochtmeters zijn er in verschillende uitvoeringen. Je kunt deze aanschaffen bij de bouwmmarkt of bij op bol.com (Zie hier het aanbod).
Naast de vochtwaarde van het hout, is het ook belangrijk dat het hout schoon en onbewerkt is. Zo voorkom je overlast. Hout dat is geverfd, gebeitst, gelijmd of geïmpregneerd, is niet geschikt om te verbranden en kan voor gezondheidsklachten zorgen bij de stoker en bij de buren.